Stamp day.
Previous
Next
 

Date of issue: 23th of April 1977.

OBC/COB numbers: 1852

 

Created by: Constant Spinoy / J.Malvaux

Perforation: 11 1/2
Size: 24 mm x 44 mm
Composition of the sheets: 25
Printing Process: Steeldeepprint
Number of plates: 1-2-3-4
Printing Run: 10.000.000ex
Paper: P5 ( see paper Types )

1852 - 6F50 - Post Box 1852


INFO

Veertig jaar geleden werd de eerste « Dag van de Postzegel » georganiseerd. Hoewel dit initiatief dateert van 1937 kon, wegens allerlei omstandigheden, een tweede editie slechts plaatsvinden in 1957. Sindsdien wordt ieder jaar een « Dag van de Postzegel » gehouden die van jaar tot jaar door een groeiende schare filatelisten steeds met meer geestdrift wordt begroet. Aan het ontwerpen en het drukken van die speciale postzegeluitgifte wordt dan ook telkens weer de meeste aandacht en zorg besteed. Als motief voor deze bijzondere postzegel wordt meestal een onderwerp gekozen dat rechtstreeks in verband staat met de postdienst: het vervoer en de uitreiking van poststukken, postiljons te voet, te paard of per koets, diligences of postkoetsen, gebouwen die nauw verbonden zijn met de postgeschiedenis, historische gebeurtenissen, enzovoorts. De staande cilindervormige brievenbus, in ons land in gebruik genomen sinds het begin van de tweede helft der negentiende eeuw, werd dit jaar als onderwerp gekozen. Deze gietijzeren, ronde, staande brievenbus, van groot formaat, liet destijds reeds toe brieven en drukwerken gescheiden te houden bij het posten. Zeer gewild door de uitvoerende diensten, zagen de verantwoordelijken van de toenmalige postdiensten zich weldra genoodzaakt het plaatsen van deze brievenbussen streng te reglementeren. Dit gebeurde door het uitvaardigen van het bijzonder bevel nr. 4931, waarbij voorgeschreven werd dat dit type brievenbus uitsluitend bestemd was voor de plaatsen waar een eerste klasse postkantoor fungeerde. Jaren voordien reeds had het Reglement op de landelijke postdienst van 22 augustus 1836 het plaatsen van een kleine brievenbus voorgeschreven in elke plaats waar geen uitreikingskantoor gevestigd was. Deze postbussen werden van 1845 af uitgerust met een eigen letterstempel die de landelijke postman op zijn pas moest afdrukken als bewijs dat de bus werd gelicht. In 1850 worden in België ronde, staande, gietijzeren brievenbussen in gebruik gesteld. Deze primeur kreeg weldra navolging in Frankrijk en Engeland. Nog datzelfde jaar wordt overgegaan tot het plaatsen van brievenbussen in alle spoorwegstations. Eerst op 30 mei 1879 wordt evenwel de wet op de herziening en de codificatie van de postwetgeving uitgevaardigd en wordt van kracht op 1 november 1879. Art. 5 van die wet is in feite de officiële geboorteakte van de openbare brievenbussen die in gebruik werden gesteld vermits dit artikel bepaalt dat « de Regering belast is met de lichting der brievenbussen, het vervoer en de uitreiking van de briefwisseling », Alle gemeenten van het Rijk worden voorzien van tenminste een brievenbus voor het deponeren van de briefwisseling. De vierkante, staande brievenbussen, dateren van 1897. Van de eerder zeldzame brievenbussen uit vroeger dagen, slechts een bus per gemeente, is men geleidelijk aan geëvolueerd naar het huidige systeem. Thans worden de brievenbussen daar geplaatst waar ze voor de postgebruikers het gemakkelijkst te bereiken zijn en het meeste nut opleveren. Dat er nu over het ganse land circa 18.000 brievenbussen ter beschikking staan van het publiek bewijst terdege hun enorme belangrijkheid.

.

.

.

.

.